Landschap streektaal

Beter communiceren in streektaal?

‘Ik wil voorkomen dat er een vooroordeel over streektaal bij komt, bijvoorbeeld dat het spreken van streektaal niet goed is voor je mentale gezondheid.’ Deze zin komt uit  een mail van Raoul Buurke. Raoul onderzoekt de ontwikkeling van het Fries en Nedersaksisch aan de Rijksuniversiteit Groningen. In mijn zoektocht naar de relatie tussen thuistaal en mentale gezondheid kwam er een mailwisseling tussen ons op gang. Ik zoek naar manieren die het makkelijker kunnen maken om stil te staan bij emoties en er over te praten. Mijn uitgangspunt is dat thuistaal daarbij kan helpen. Vandaar mijn verbazing toen Raoul een totaal andere link legde. Reden genoeg om van mailen over te stappen op een gesprek via Teams, want waarom zou een dergelijk vooroordeel kunnen ontstaan?

‘In het verleden was de leidende gedachte dat de taal die iemand spreekt bepaald wat mensen kunnen doen of denken. Dit was vaak vanuit racistische motieven’, legt Raoul uit. ‘Tegenwoordig gaan we er meer vanuit dat taal een rol kan spelen, maar dat het geen limiet aanbrengt op wat we doen en denken.’ En met die korte uitleg begreep ik zijn gedachtegang. En toch, mijn gedachte is niet dat streektaalsprekers niet-capabel zijn om over emotie te praten omdat ze streektaal spreken. Mijn gedachte is dat streektaal kan helpen om je uit te drukken, omdat je thuistaal dicht bij je hart ligt. Raoul geeft hierover het volgende aan: ‘Ik denk dat voor iedereen de moedertaal de beste taal is om emoties in uit te drukken. Alles voelt dan toch “dichter bij huis” in de streektaal.’ Maar is dit nu onderzocht of vooral op Raouls gevoel en ervaring gebaseerd? Het antwoord is tweeledig. Het is onderzocht, maar misschien niet genoeg gericht op emoties. Als onderbouwing haalt hij twee recent geanalyseerde vragenlijsten aan.

In de eerste grote vragenlijst, onder tienduizenden streektaalsprekers in Fryslân, Groningen en Drenthe, is gevraagd aan streektaalsprekers of ze zich beter in hun streektaal kunnen uitdrukken dan in het Nederlands. Van de Friese sprekers gaf 79 procent aan zich even goed of beter in het Fries te kunnen uitdrukken. Onder de Nedersaksische sprekers was dit 66 procent. Een tweede vragenlijst is afgenomen na audio-opnames in de streektaal met streektaalsprekers uit een groter gebied, namelijk van Fryslân tot en met de Achterhoek. In deze vragenlijst is de vraag gesteld of mensen het beste kunnen communiceren in hun streektaal. 76 Procent van de Friese sprekers en 75 procent van de Nedersaksische sprekers is het daarmee eens.

‘Het is mogelijk dat deze vragen niet direct genoeg het praten over gevoelens ondervragen. Toch denk ik dat het op basis hiervan niet waarschijnlijk is dat de streektaal per definitie de capaciteit tot praten over gevoelens beïnvloedt’, vertelt Raoul. Of er in streektaal voldoende woorden voorhanden zijn voor verschillende emoties, dat is een vrij specifieke vraag die niet is onderzocht. Het is denkbaar dat er weinig woorden voor emoties zijn, juist omdat er niet over gepraat wordt. Raoul: ‘Ik denk dat we als het over emotie gaat vaker figuurlijk omschrijven in plaats van exacte woorden te gebruiken.’